
De geschiedenis van de wafel
De geschiedenis van het wafelijzer is een fascinerende reis door de tijd, die de evolutie van een eenvoudig kookgereedschap naar een onmisbaar onderdeel van onze culinaire tradities belicht. Het concept van wafels, in essentie een beslag dat krokant wordt gebakken tussen twee hete platen, is verrassend tijdloos en universeel. Hoewel men tegenwoordig wafels kan bakken zonder wafelijzer, door het beslag zorgvuldig te draaien en gelijkmatig aan beide zijden te bakken, is de traditie van het bakken tussen twee hete platen eeuwenoud.
De oorsprong van deze techniek kan herleid worden tot de oude Grieken. Rond 200 v.Chr. beschreef de Griekse schrijver Athenaeus van Naucratis een systeem waarbij koeken tussen twee hete platen werden gebakken. Deze koeken, “obelios” genoemd, delen verrassend genoeg hun naam met de Griekse munt “obolen”, wat wijst op een gelijkenis in hun vervaardiging; beiden werden gecreëerd tussen twee metalen platen.
Het duurde echter tot het einde van de middeleeuwen voordat deze baktechniek opnieuw opdook en geleidelijk meer de vorm aannam die we vandaag herkennen als de wafel. In deze periode waren er verschillende benamingen voor de lekkernij, waaronder “oublies” en “pain d’Juif”. De benaming “oublies” toont nog een lichte gelijkenis met de Griekse term, wat de lange geschiedenis en culturele reis van de wafel onderstreept.
De ontwikkeling van het wafelijzer zelf vindt zijn oorsprong in de 13e eeuw. Hoewel de exacte uitvinder onbekend blijft, werd het wafelijzer al snel een standaard uitrusting in elk huishouden. De introductie van een ruitpatroon, dankzij de specifieke vorm van het wafelijzer, leidde tot een naamsverandering; de wafels werden “gaufres” genoemd, afgeleid van het Latijnse “grafum” of het oud-Frans “wafla”, wat direct verwijst naar hun karakteristieke ruitjesvorm.
De vroegste wafelijzers, gemaakt van ijzer en gebruikt in open vuur, vertoonden een grote variëteit in vorm, van traditionele ruitjespatronen tot afbeeldingen met mythologische, historische, religieuze of heraldische motieven. Dit onderstreept de rol van wafels in feestelijkheden en de rijke culturele betekenis die zij door de eeuwen heen hebben gedragen.
Een opmerkelijk voorbeeld van zo’n vroeg wafelijzer is te zien op het schilderij “Kermis en Lente” van Pieter Brueghel de Oudere, gedateerd rond 1560, waar een vrouw centraal staat terwijl zij wafels bakt.
Een belangrijke innovatie in de 19e eeuw was de toevoeging van een rand aan het wafelijzer, wat leidde tot het eerste patent op een wafelijzer, verleend aan Cornelius Swarthout in New York op 24 augustus 1869. Deze innovatie markeert een belangrijk keerpunt in de ontwikkeling van het wafelijzer.
De overgang naar de 20e eeuw zag de aanpassing van het wafelijzer voor gebruik op kachels, met kortere handvatten, en uiteindelijk de evolutie naar elektrische modellen. Het eerste elektrische wafelijzer, geïntroduceerd in 1911, werd al snel een geliefd huishoudelijk apparaat.
De geschiedenis van het wafelijzer is dus niet alleen het verhaal van een keukenhulpmiddel, maar ook een weerspiegeling van culturele tradities, innovatie en de universele liefde voor de knapperige, gouden lekkernij die we vandaag de dag kennen als de wafel.
Bron: Wikipedia